Tekst zoeken   -    Inhoud   -    namen index
 - Vorige - Volgende

Onder den Klockenslagh van Neel, Leeuwen en Asenray door Jan Ruiten©

pag.383  

Onder de klockenslagh van Neel Asenray en Leeuwen

Matthijs Thomassen was rond 1650 getrouwd met Ida Beytels, alias Heuskens, uit Swalmen. Hij volgde zijn vader op als koster in de kerk. Tevens onderwees hij jarenlang de dorpsjeugd in de kinderschoole. Hij woonde toen in de custerije* aan de markt. Jan Thomassen trouwde in 1655 met de weduwe Tryne Pauwels op de Spick'. Beide echtelieden hebben jarenlang met elkaar in onmin geleefd, waarna Jan omstreeks 1670 besloot van zijn vrouw te scheiden. Naderhand woonde schepen Paulus Thomassen ruim twintig jaar als halfer op de JezuïeterSpick".

DE ERFDELING
Op oudejaarsdag 1676 gingen de broers Matthijs, Jan en Paulus Thomassen over tot de verdeling der nagelaten goederen. Thijs kocht van zijn broers hun aandeel in de ouderlijke woning, bestaande in huys, schuyre, moesgaerde, broeyhuys enz., echter zonder het trouwtuig. Aan Paulus betaalde hij een derde deel van 2500 gulden en aan Jan gaf hij in ruil een akker aan de Groeneweg. Van het akkerland kreeg ieder verder een gelijk derde deel. Tevens werd bepaald, dat Paulus een lange kar met de ploeg en het mulenpeert vooruit kreeg. Van de schuldenlast, die nog te verdelen was, zou ieder 111 gulden voor zijn rekening nemen. De boomgaard en de moeshof verderop in het dorp waren reeds bij een eerdere gelegenheid verdeeld. Omtrent het brouwgetouw hadden de drie broers afgesproken om de brouwketel, buye, twee vloeten ende tapcuypen beurtelings een week te gebruiken. Naderhand heeft Jan zich hiervan door zijn broer Paulus laten uitkopen. Het brouwgetouw bleef in het brouwhuis staan en zou door Thijs naar behoren onderhouden worden.
Vrij laat, bijna dertig jaar na dato, bij het opruimen van paperassen vond men het zogenaamde manuael boeck van wijlen Wilhelm Thomassen. Hieruit bleek, dat deze in 1658 nog bij slot van rekening 215 gulden tegoed had van de gemeente. De drie broers deden een beroep op de schepenbank deze oude vordering alsnog te voldoen. Het gericht stemde ermee in, dat in deze diende gedaan te worden wat nodig was.

Daartegenover stond, dat het drietal tevens een erfschuld van 200 gulden toegespeeld kreeg, te betalen aan Jacob Segers.
Paulus Thomassen betaalde zijn aandeel in de schuld zonder mankeren, zoals een goed schepen betaamde. Maar de beide andere broers waren daarin nogal traag. Daarbij had Matthijs voor Jan nog borg gestaan. Alleen door arrest op zijn land te leggen, kon hij Jan dwingen zijn aandeel in de schuld te betalen. In augustus 1684 zouden drie akkers in de herberg van Lysbeth van Suchtelen openbaar verkocht worden. Thijs had geen andere keus, hij had zelf ook nog meerdere schulden te betalen.

THIJS THOMASSEN
Aanvankelijk woonde Thijs Thomassen in de custerije naast het raadhuis. Hij had de woning in 1665 uit eigen middelen laten herbouwen. Dat had hem 460 gulden gekost. Met de gemeente kwam hij overeen, dat hij in ruil voor de gemaakte kosten dertig jaar lang vrije inwoning zou genieten. Maar na de erfdeling onder de drie broers (of misschien al eerder) verhuisde Thijs met zijn gezin naar het Leyenhuys.
Het zat de koster toen nog allemaal mee. Het geld dat hij voorheen van zijn broer Joost geleend had, een paar honderd gulden, kon hij nu voor zich behouden. Na de erfdeling sloot Thijs in april 1677 een lening van 700 gulden af bij Jan Janssen uit Asenray, koopman te Roermond, met als onderpand het Leyenhuis, de boomgaard tegenover de bode: het Hoerenioch, en zijn aandeel in de Leeuwergriend. Verder beleende hij zijn tweede huis met moestuin aan de beek tegenover Corst Reynders, dat hij kort voordien had laten timmeren. In 1673 was hier immers alleen nog sprake van een moestuin.
Tien jaar later was hij nog heel wat rente schuldig gebleven, waarna Janssen beslag liet leggen op zijn goederen, met name de brouwketel. Verder had de koopman vernomen, dat het Leyenhuis al eerder was belast met een lening van 100 rijksdaalders en een andere lening van 600 gulden. Thomassen had beloofd zijn schuld te voldoen met de levering van tien malder goede zuivere weit.


Onder den Klockenslagh van Neel, Leeuwen en Asenray door Jan Ruiten©

pag.383  

Eerste  Vorige  378 379 380 381 382 383 384 385 386 387   Volgende  Laatste