Tekst zoeken   -    Inhoud   -    namen index
 - Vorige - Volgende

Onder den Klockenslagh van Neel, Leeuwen en Asenray door Jan RuitenĀ©

pag.77  

Onder de klockenslagh van Neel Asenray en Leeuwen

Hoewel in 1775 het leiendak werd gelegd, hebben de kartuizers het werk niet helemaal kunnen afmaken. In juli 1783 werd het klooster op last van de keizer gesloten. Wat ontbrak aan de kerk was nog een biechtstoel en de communiebank en meerdere kerkbanken. Ook voor de zangers was nog geen bank aanwezig, terwijl een groot deel van de misgewaden nog niet geleverd was. Tevens merkte de pastoor op, dat "een deel der kerkmuere moet opgetimmert worden ende de meerreste ge- restaureert" 47). Toen al?

HET INTERIEUR
Nemen we een kijkje in het nieuwe kerkinterieur. Op het priesterkoor lag het grote altaartapijt. Daar stonden twee lessenaars en een knielbankje. Aan weerszijden van het hoofdaltaar stonden de koorbanken. Het tabernakel werd aan het oog onttrokken door twee gordijnen van neteldoek. Daarboven hingen vergulde wolken op ijzeren stam en twee engeltjes met korfje op het hoofd. In het tabernakel stond de monstrans met kroon en gouden limula en de zilveren ciborie. Een kristallen strik sierde het venerabel. De hosties werden geleverd door de kosterse van het klooster Maria Wee uit Roermond.
In 1772 waren voor de kerk stoffen besteld, waarvan de pastoor nieuwe overtrekken en misgewaden liet maken. Bij de levering zaten o.a. 24 el witte zijde, rode damast, geel zijden galon, zowel dubbelbreed als smaldoek, twaalf el kant en doek uit Kamerijk.
Tijdens de eredienst stonden drie canons (met leer overtrokken) op het katoenen altaarkleed. Op hoogfeestdagen werd het zilveren missaal gebruikt. De misampullen waren evenals het wierookvat van zilver en stonden op een dito schaaltje.
Het koor werd door een communiebank en twee zij-altaren van het schip gescheiden. Daarboven hing het grote kruis met corpus. Boven het altaar hing een grote koperen kroonluchter. Twee koperen luchters op voet stonden op het priesterkoor voor het grote altaar.
Voor de overige verlichting van de kerk zorgden de tien blakers rondom.

Daartussen hingen twintig schilderijen. Een ander schilderij hing op het oksaal boven het orgel en in de sacristie nog twee. Daar werden de misgewaden bewaard, zoals het blauwe en groene kazuifel, en stond de koperen lavabo. Over de communiebank hing tijdens de eredienst een rood doek met wit omhangsel en daarover nog een kanten doek.
In het schip stonden twee rijen zit- en knielbanken. De preekstoel stond links, en aan elke kant nog een biechtstoel 48).
In het doophuis, rechts van de ingang, stond het doopvont met koperen deksel en hing een Christus aan het kruis. In de kerk stond ook het borstbeeld van Sint- Laurens met een vergulde ster en werd een relikwie van de patroonheilige bewaard en een van de H.Lucia, beide in 1788 aan de kerk geschonken. Ruim veertig jaar eerder verwierf de kerk een relikwie van het H.Kruis 49). De kerk beschikt nog over een reliekschrijn in de vorm van een kerktoren-op-voet in neo-gothische stijl. Hierin bevindt zich een bot van de H.Laurentius. Vroeger werd de relikwie van de parochieheilige gebruikt om water te zegenen 18). Onder de heiligenbeelden herkennen we die van de H. Maagd, van Sint- Nicolaas en de H.Catharina. Voor hun altaar werd op zon- en heiligendagen de vroegmis gelezen.

PAROCHIE
In 1786 verzochten de bestuurders van Maasniel om de pastoor in de zielzorg door een kapelaan te laten assisteren. Dat was dus sinds lange tijd niet meer gebeurd. Als voornaamste reden gaven zij aan de uitgestrektheid van de parochie. De nieuwe kapelaan heette Carolus Beaumont.
De doopregisters vermelden Joes Leonardus Lekens als kapelaan van 1779 tot 1782 als opvolger van zekere Clephas. Joes Gerardts volgde hem op van 1784 tot 1792. Te zelfder tijd trad ook Jan-Baptist Leenen op als kapelaan. Eigenlijk was hij werkzaam in Herten. Maar ook in Maasniel, waar hij woonde, bracht hij geregeld het doopsel toe. Dat deed hij nog in 1802.
Ondertussen werkte ook Joes Wackers (1761-1812), zoon van schepen Linnerd Wackers als kapelaan (sacellanus) in zijn geboortedorp.


Onder den Klockenslagh van Neel, Leeuwen en Asenray door Jan RuitenĀ©

pag.77  

Eerste  Vorige  72 73 74 75 76 77 78 79 80 81   Volgende  Laatste