Tekst zoeken   -    Inhoud   -    namen index
 - Vorige - Volgende

Onder den Klockenslagh van Neel, Leeuwen en Asenray door Jan RuitenĀ©

pag.510  

Onder de klockenslagh van Neel Asenray en Leeuwen

MAALBROEK

"...ende nu nochte ten eeuwighen daeghen ganssen sullen moghen houden, nochte laeten wegden opt broeck neffens sijn aengecochte perceel geleghen (en dat hij) een vonderen over de graeve -waerdoor het waeter vuyt het maelbroeck comende, loopende langhs den Mouthaeger dijck- altoys op sijne costen sal moeten leggen ende onderhouden."

1. SILL AENT ROSVALDEREN
Tegen het einde van de 17e eeuw woonde in Asenray Claes Gillen. Volgens het bunderboek van 1682 stonden ruim 10 morgen akkerland op zijn naam. Daar kwamen nog eens 4 morgen bij. In Asenray was er toen geen tweede boer, die bij benadering zoveel land in eigendom had. Voor en na werd een groot deel van de grond door zijn erfgenamen verkocht aan schepen Claessen en tapper Thomassen. Ook van de andere boeren verwierven zij nog menig akkertje.
Aanvankelijk werden de zoons van Claes gedoopt als de kinderen Littens. Zelf was hij dan ook een zoon van Sill Littens, schepen van 1648 tot 1659. Hij stond beter bekend als Sill aent Rossfalderen, of algemener ook Sill to Asenray genoemd. Zijn huis en hof stonden dus te Asenray aan het Rosvalderen. Dit valhek staat op een kaartje van 1766 getekend op een hoek van de kamp te Asenray. Volgens 17e eeuwse gegevens stond daar evenwel het huis van Jan van Cleynen-Gelabbich. Het Rosvalderen stond dan ook aan de tegenoverliggende hoek aan de Rosbaen. Ook in 1709 stond daar nog het "Roost Valderen".
Claes had twee oudere broers: Linnardt en Jan. Vanaf 1645 kwamen zij geregeld voor onder de tiendpachters. Hun vader Zillen an Rossfalderen al sedert 1628. In de grondlijst van dat jaar komt hij nog niet voor. Toch moet hij goed geboerd hebben.

Alleen de peerdtsluyden kwamen in aanmerking als tiendpachters. Ook om voorgedragen te worden voor een plaats in de schepenbank moest men toch wel zekere rol spelen in de gemeenschap. Sill Lietgens ondertekende de schepenstukken met een eg.

LENARDTS
Linnardt Syllen was getrouwd met ldtgen Aengenbeeck. De nakomelingen van Lenaerdt zijn (deels) bekend. Hij had op een halve morgen gronds een huis gebouwd en dat met 100 gulden beleend. Na zijn overlijden hertrouwde ldtgen met Linnardt Schirpen. Deze bleek in 1661 alweer hertrouwd te zijn. Daardoor had hij geen rechten meer op het huis van zijn stiefkinderen. Toch was hij er blijven wonen, terwijl hij de kinderen bij anderen in de kost had gedaan!
In februari 1649 werd Truytyen gedoopt in Swalmen als dochter van Linnardt Syllen en Ida op gen Beeck uit Asenray. Leonard op Thuyserhof woonde in die jaren als pachter te Swalmen. En daarmee heeft hij de grondslag gelegd voor zijn kinderen en kleinkinderen. In de volgende generaties komen we de familie tegen op menige pachthof in de buurt.
Truytyen Linderts trouwde in november 1681 met Jan Cox aan het Gebroek'. Bij hun huwelijk traden haar broers Geerken en Peter als getuige op. Haar zwager Hendryck op Gasthuishof was aanwezig bij de doop van dochter Ida Cox in 1683. Het gezin heeft enige jaren geboerd op Bosmanshof, een kleine pachtboerderij aan het Gebroek. De boerderij telde toen slechts zo'n 22 morgen land. Hendrick van der Velden was sedert juni 1676 (in tweede huwelijk) getrouwd met Peetyen Linderts. Zij woonden een tijdlang op Gasthuishof*. Daarna verhuisde het gezin van der Velden naar Melick, waar hun zoon Lenart in augustus 1684 werd gedoopt. Naderhand nam Hendrick plaats in de schepenbank Melick-Herkenbosch.


Onder den Klockenslagh van Neel, Leeuwen en Asenray door Jan RuitenĀ©

pag.510  

Eerste  Vorige  505 506 507 508 509 510 511 512 513 514   Volgende  Laatste