Tekst zoeken   -    Inhoud   -    namen index
 - Vorige - Volgende

Onder den Klockenslagh van Neel, Leeuwen en Asenray door Jan Ruiten©

pag.222  

Onder de klockenslagh van Neel Asenray en Leeuwen

Aanvankelijk wilde de nieuwe eigenaar hier niet op ingaan, omdat hij meende dat de kwestie was ontstaan uit afgunst van schepen van der Smitzen. Deze had de zaak aangezwengeld zonder medeweten van de andere schepenen. Hij was tegen de verkoop geweest en had niet alleen voor het gerecht hiertegen geprotesteerd, maar zelfs gedreigd het edelmansgoed te zullen beschudden en zodoende tot zijn eigendom te maken. De regeerders van Maasniel lieten van Beuningen weten dat dit geenszins het geval was. Zij waren tot deze aktie overgegaan na voortdurend gemor van de inwoners.
Ook van Beuningen was ondertussen opgezadeld met inkwartieringen van soldaten. Dat was bij de vorige bewoners van De Tegelarije ook al gebeurd. Daarbij beriepen de regeerders zich op het huurverdrag uit 1709. Daarin stelde de eigenaresse, dat de militaire logementen voor rekening van de pachters kwamen. Alleen bij winter-inkwartieringen zouden zij vergoed worden zoals de overige pachters. Dit was wel een twijfelachtig argument om je gelijk te krijgen.

Uit de processtukken blijkt duidelijk, dat men van gemeentewege van genoemde privileges afwilde. De overeenkomst uit 1650 had geen rechtskracht meer, werd gezegd. Het was zelfs twijfelachtig of de toenmalige vrijheer hiertoe wel gerechtigd was geweest en daarmee latere generaties mocht bezwaren. Maar van Beuningen stelde, dat de vrijheer van Dalenbroek dit besluit eerst genomen had na overleg met de schepenen, geërfden en de gemeente.
En dat mocht ook blijken uit de ondertekenaars van het accoord.
Integendeel, beweerden boze tongen. De Munsterabdij als grootste geërfde in de gemeente had in 1650 niet ondertekend.
En bovendien was deze vrijstelling ingegeven op aandrang van de jezuïeten, bij monde van pater Theodorus Maen. Het huwelijk van Bitot met Margaretha Mouton was namelijk kinderloos gebleven, en de gouverneur had het klooster als erfgenaam van zijn wereldse goederen benoemd


Onder den Klockenslagh van Neel, Leeuwen en Asenray door Jan Ruiten©

pag.222  

Eerste  Vorige  217 218 219 220 221 222 223 224 225 226   Volgende  Laatste