Tekst zoeken   -    Inhoud   -    namen index
 - Vorige - Volgende

Onder den Klockenslagh van Neel, Leeuwen en Asenray door Jan RuitenĀ©

pag.10  

Onder de klockenslagh van Neel Asenray en Leeuwen

VERLOREN LANDSCHAP

"...wordt getracht om de publycke ende particuliere erffwegen te eieren met dreven ende diergelijcke beplantingen van boomen. .. "

De Munsterabdij te Roermond verwierf in 1266. van Rutger van Effelt enige landerijen onder Asenray aan de beek. Hier werd in de daaropvolgende jaren een boerderij getimmerd en verpacht om de grond te beakkeren, de tegenwoordige Kloostershof.
Een duidelijk gegeven uit de verre middeleeuwen. De gronden op de Donderberg mogen tot de oudere cultuurgronden in de gemeente gerekend worden.
De naam van de schepenbank werd reeds, naar men zegt, in 898 vermeld: Cornilo. Hoe de inrichting van het land sindsdien heeft plaatsgevonden, is nog maar globaal aan te geven met behulp van later archiefmateriaal.
We proberen de drie kwartieren van de oude heerlijkheid -Nyell, Leeuwen en Asenray- te beschrijven in hun ontwikkeling van de late middeleeuwen tot de nieuwe tijd. Daarbij wordt o.a. duidelijk, dat de grondverdeling in het gebied van Asenray helemaal verschilde van Leeuwen. Niet alleen in onze tijd, maar ook in het verre verleden heeft de mens het landschap ingrijpend veranderd. Dat gebeurde door het steken van turf, door het tig gelen van baksteen en natuurlijk het breken van woeste grond tot akkerland. Het merendeel der akkergronden stond op naam van Roermondse kloosters en welgestelde burgers. De boeren zelf hadden weinig land in eigendom, zodat zij voor hun levensonderhoud ander land hadden gepacht.
Het kerspel Maesenyell had alles binnen zijn eigen grondgebied: gemene weiden om het vee te laten grazen, akkerland rondom de dorpskernen, woeste grond zoals de Duyp achter Asenray, veengrond op het Maalbroek om turf te steken, en kleigrond om te tiggelen.


Niettemin waren de inwoners genoodzaakt ook de Heystert onder Melick en de Meinweg achter Herkenbosch te gebruiken, om te weiden, hout te kappen en plaggen te steken. En toen ook de turtgronden uitgeput raakten, werden in 1719 enkele boeren naar Meijel gestuurd om voor de gemeente turf te halen. Tien jaar eerder werden tevens "5 genghen coolen" in rekening gebracht om (het raadhuis?) te stoken.

1. ASENRAY

De gronden van het kwartier Asenray zijn vermoedelijk eerst later in cultuur gebracht, dan de velden rondom Maasniel en Leeuwen. De zandige grond leverde immers minder op. De pachtboerderijen liggen verspreid tussen de akkers, maar wel in de buurt van de beek.
Het gebied, dat tot Asenray gerekend werd, strekte zich uit van de Luysencamp tot aan de huidige Wirosingel ongeveer, dus inclusief Kloostershof, Spiek en Mouthagen. Toch werden de beesten op deze boerderijen weer niet in het Asenraderveld toegelaten om er te weiden 1).
Naar het oosten lag een drassig heidegebied, de Duyp geheten, waar we ook het Vlinkeven moeten situeren. In 1698 werd een poging ondernomen om het Breedtven achter Asenray droog te leggen. Alle boeren dienden daaraan mee te helpen. Op de 16e juli verschenen zij met schoppen om een nieuwe greppel te graven, waardoor het water afgevoerd kon worden 2). De Maasnielderbeek werd voordien merendeels gevoed door het Blankwater in het noorden op de grens met Swalmen.
De Luysencamp was vaker een omstreden gebied tussen die van Nyell en Elmpt, omdat de inwoners van beide heerlijkheden hier kwamen om turf te steken en heide te maaien. Volgens getuigeverklaringen in 1548 gold de Hetzkensweg als gemeentegrens 3). Ook in 1705 werd dit pad als limiet genoemd. (Kaart 1 is samengesteld uit de kadasterkaart van 1818 en een ongedateerde schets uit de 18de eeuw met de gemene gronden en toponymen tussen Elmpt en Niel Zie pag. 138)


Onder den Klockenslagh van Neel, Leeuwen en Asenray door Jan RuitenĀ©

pag.10  

Eerste  Vorige  5 6 7 8 9 10 11 12 13 14   Volgende  Laatste